31 januari 2016

Gastblogger: groot meisje leest Geronimo Stilton

Groot meisje leest Geronimo Stilton

Ik vind het belangrijk dat mijn meisjes boeken lezen. Ze groeien ervan. Op heel veel verschillende manieren. Ze ontdekken telkens een hele nieuwe wereld. Ze leren zich inleven in anderen en ze hebben eens iets anders dan een tablet in hun handen. Maar ik hoop vooral dat ze er evenveel van leren genieten als ik deed en doe.
Daarom is mijn gastblogger van vandaag mijn eigenste grootste meisje. Ze koos een boek dat ze onlangs graag gelezen heeft en beantwoordde een aantal vragen over het boek. Voor de vragen liet ik mij inspireren door ikvindlezenleuk.nl. Een website met recensies over jeugdboeken geschreven voor en door kinderen.

Geronimo Stilton - Het kasteel van de 100 verhalen
Samen met Klem en Thea waagde ik mij door een flinke storm naar een van de geheimzinnigste uithoeken van Muizeneiland. Hier zou volgens Thea een kasteel moeten staan, diep verscholen in het bos vol gemene doornstruiken waar al eeuwen niemand een poot had durven zetten.

Mening over het boek van groot meisje (9 jaar)
Heb je het boek uitgelezen?
Ja. 
Wat vind je van het boek? 
Leuk, spannend. 
Waarom heb je diet boek gekozen om te lezen? 
Omdat ik Geronimo Stilton leuk vind en door de leuke tekening op de voorkant. 
Welke woorden passen bij het boek? 
Griezelig, spannend, avontuurlijk. 
Hoe kom je aan het boek? 
Gekocht met papa. 
Staan er tekeningen of foto's in het boek. 
Ja, tekeningen. 
Wat vind je leuk aan het boek? 
Dat er een geheim ontrafeld moet worden. 
Is er iemand in het boek die je echt zou willen ontmoeten? Wat zou je dan samen gaan doen? 
Met Thea pannenkoeken eten. 
Wil je nog iets anders vertellen over het boek?             
Ik wil niet teveel verklappen, dan kunnen jullie het nog lezen. 
Is het boek moeilijk of makkelijk om te lezen?  
Gemakkelijk.
Zitten er moeilijke woorden in? 
Niet echt. 
Wil je het nog een keer lezen? 
Ja, alleen zal het dan een beetje minder spannend zijn, want ik weet het einde al.    



Follow my blog with Bloglovin




28 januari 2016

Een nieuw verhaal mét pittige personages

Drie tips voor pittige personages

Voor mijn nieuw verhaal heb ik niet alleen ideeën nodig, maar ook personages. Levensechte personages. Of dat las ik toch overal tijdens de research voor deze post. Maar wat is dat eigenlijk, een levensecht personage? Dit zijn volgens mij de drie belangrijke dingen die je met personages moet doen.
  • Zet ze in gang 
James Wood schrijft in 'Hoe fictie werkt' dat je personages moet laten bewegen. Dat je ze uit de 'blubber van stilstand' moet krijgen. Met andere woorden, de lezer moet ze leren kennen omdat ze dingen doen. Dat is veel interessanter dan simpelweg vertellen hoe ze in elkaar zitten.

Een voorbeeld. Stel dat je hoofdpersonage een extreem verlegen kind is. Hoe vertel je dat aan je lezer?

Blubber
Maud was altijd heel verlegen. Bij mensen die ze niet goed kende, blokkeerde ze. Dan deed ze haar mond amper open.

In gang
Maud stond in de deuropening. Ga maar dag zeggen aan mijn tantes, had mama gezegd. Maar haar voeten wilden niet mee. Ze wist dat ze op haar stem al helemaal niet kon rekenen.   

Wat is volgens jou de interessantste manier?
  • Volg ze  
In nummer 5, jaargang 19 van het magazine 'Schrijven' vertelt Arthur Japin dat je je moet laten verrassen door je hoofdpersonage. 'Je leidt het karaker niet, je volgt het.'
Voor mij werkt dat zo: ik probeer zoveel mogelijk te weten over mijn personages. De grote dingen: zoals hun temperament en hun drijfveer. Die zijn belangrijk voor het verhaal. Maar ook de kleine dingen, die hen menselijker maken. Welke kleding ze dragen, hoe ze ruiken, welke stopwoordjes ze hebben, wat ze het liefste eten ... Dat verzamel ik allemaal met een beetje hulp van een checklist
Daarna probeer ik los te laten. De mooiste schrijfmomenten zijn immers de momenten waarop je personage het overneemt. De momenten waarop je gewoon laat gebeuren wat er moet gebeuren.
  • Laat ze ontsporen
'Een literair personage is nooit een grijze muis' las ik op queridoacademie.nl. Een literair personage gaat tot het uiterste, overdrijft en vertoont uitzonderlijk gedrag. Je kunt hem of haar eigenlijk alles laten doen wat je zelf alleen maar durft denken.
Dat is voor mij een moeilijke. Ik heb de neiging om altijd braaf tussen de lijntjes te kleuren en mijn innerlijke criticus heeft nogal veel te zeggen. 'Dat kan je toch niet maken!', roept hij regelmatig loeihard in mijn oor. Wel dus!

Lees je graag mijn vorige post in deze reeks? Daarin had ik het over inspiratie.


Follow my blog with Bloglovin

25 januari 2016

Schrijven over gisteren: Zij

Hond slaapt om mat

Dit is nummertje twee van een nieuwe reeks blogposts. Een reeks waarin ik mezelf een beetje meer blootgeef. Ik schrijf autobiografisch en keer terug naar de prille lente van mijn leven. Ik wil de kleine momenten uit mijn kindertijd vastleggen. Om zo naar de wereld te kijken door de ogen van het kind dat ik was. 
Deze keer werd ik geïnspireerd door een schrijfoefening van boekschrijven.nl.  Schrijf over een keer dat je verdwaald was. Weggelopen. Een moment waarop je als kind echt helemaal opging in je eigen wereld.
Het werd een moment waarop de wereld even te groot was voor mij. Een moment waarop ik ging schuilen bij één van mijn beste vriendinnen ooit. 

Zij

"Wij moeten naar de wei. Naar het spel", zei mama. "Als er iets is, ga dan naar je tante. Die staat bij de ijsjes en de taart. Ok?"
Ik knikte. Mama vind mij al groot, dacht ik trots. Groot genoeg. Ik zocht de beste plek om naar het spel te kijken. Ergens in het gras. Achter een nadarhek. Papa wees van hier naar daar. Mama had papieren in haar handen. Ze stuurden een spel dat ik niet begreep. Een dans van jonge mannen met een meisje in hun nek. Eieren die keihard door de lucht zoefden. Eentje vlak langs mijn oor. Het spatte uit elkaar tegen een boomstam. Ik schrok. Greep het hek met twee handen stevig vast. Buurtbewoners moedigden hun favoriete ploeg luid aan. Het oerwoud van benen rondom mij werd dichter. Ik voelde knieën in mijn nek. Koud bier over mijn blote schouder. Was er dan niemand die mij kon zien? Echt zien.
Ik wriemelde tussen de benen door. Maar één plek in mijn hoofd. Met grote stappen liep ik langs de kraampjes van de rommelmarkt. Voorbij het café en de feesttent. Hoorde ik mijn naam nog?
Ik moest op mijn tenen gaan staan. Het hekje van onze achtertuin piepte. Zoals altijd. Toch kwam ze niet. Schuilde ze ook voor de warmte en het lawaai? Ik vond haar in het hok. Een lieve hoop haar en kwijl. Op handen en voeten kroop ik door het gat. Ik ging naast haar liggen. Mijn hoofd zocht het zachte plekje in haar nek. Mijn hand wreef over haar oor. Opnieuw en opnieuw. Tranen. Van opluchting. Om de drukte die wegviel. Zij en ik alleen.
Ik vertelde haar verhaaltjes. Daar werd ze rustig van. Ik ook. Verhaaltjes over mollen vangen in de beek. Over wandelingen in het veld. Nergens iemand te zien. Alleen een fazant om achteraan te zitten.  
Ik moet geslapen hebben. Heel even maar. Denk ik.
"Katrien! Katrien!" Een paniekerige stem in de tuin. Mama. Slaperig kroop ik achterste voren uit het hok. Min of meer klaar om opnieuw de wereld in te stappen.

Meer lezen over gisteren? Dat kan hier.

Follow my blog with Bloglovin

19 januari 2016

Schrijf het met ... K3: Seconden tikken in mijn lijf

onderweg naar een ongeluk
 
Inspiratie vind je overal ... schreef ik in mijn vorige blogpost. Dus ook tijdens een avondje meebrullen met K3. Ik zag er een beetje tegenop. Tegen de K3-gekte. Maar eigenlijk was het geweldig om nog even een klein meisje te zijn. Samen met mijn eigen kleine meisjes.
Eén zin uit een liedje bleef hangen: Ik voel de seconden tikken in mijn lijf. Een zin waar een verhaal in zit. Het werd geen vrolijk K3-verhaal.

Vanavond is onze avond 

Ik kon het maar beter vergeten. De auto kreeg ik zeker niet mee. Of ik wel goed wijs was. Gewoon geen goed idee. Er reed toch zeker wel een trein? Dat vond papa ervan.
Ik koos voor puberstrategie. Pruillip, valse tranen, slaan met deuren.
Dat het niet eerlijk was. Dat ik het al beloofd had aan Janina en Margot. Dat ik mijn rijbewijs al meer dan een jaar had. En dat we al weken naar deze avond uitkeken. Dat gilde ik. Naar papa, mama en iedereen op ons verdiep die het wilde horen.
Ik kroop onder mijn dekbed en hoorde het bekende gesprek. Poeslieve woorden van mama. Papa steeds rustiger. Ze legde de sleutel zachtjes op mijn bureau. Dat ik voorzichtig moest zijn en van de avond genieten, knipoogde ze.
Mylan leek alleen voor ons te zingen. We zongen luidkeels mee. Na afloop van het concert wilden Janina en Margot in de bar blijven hangen. Ze hoopten dat Mylan zomaar zou opduiken. Of in elk geval zijn gitarist. Of de drummer misschien. We zagen niemand. Natuurlijk niet. Zij dronken nog een laatste wijntje (en nog één). Ik verdronk haast in de Cola Zero.
"Wat een avond", giechelden ze toen we eindelijk in de auto stapten. Na exact zeventien minuten lagen ze allebei te slapen. Ik vocht ertegen.
Ik schrok van schurend metaal. De vangrail. De auto tolde. Ik zag een vrachtwagen recht op ons afrijden. Ik voelde de seconden tikken in mijn lijf. Trager dan traag. Dan toch de klap. En stilte.
"Slapen ze nog", dacht ik heel even. "Janina? Margot?" zei ik. Zachtjes. Vragend. Niets.
Ik hoorde benzine of olie druppelen. Besefte nu pas dat de auto op zijn kop lag. Ik kroop langs de versplinterde voorruit naar buiten. De chauffeur van de vrachtwagen rende mijn richting uit. Een andere auto stopte. Ik krabbelde recht.
Ineens waren er veel mensen. Geroezemoes. 'Och', 'wat een klap' en 'leven ze nog?' Ik zag het slaperige lichaam van mijn vriendinnen hangen.
"Help ze", fluisterde ik bijna.
"Gaat het meisje?" vroeg een vrouw met een paraplu. Dan pas voelde ik de regen.
"Mijn vriendinnen!" riep ik nu.
"Zat jij daarin?" zei ze vertwijfeld.
"Help!" gilde ik naar iedereen die het wilde horen.
Niemand deed iets. De mensen stonden in een stille kring rond het wrak. Witte gezichten. Wangen nat van regen en tranen. Het werd drukker. Van onder de paraplu en met een arm om mij heen zag ik politieagenten, snijbranders, ambulances. En dan waren ze weg. Janina en Margot. Ik vergat die avond nooit. Nooit.

Meer lezen? Klik dan door naar mijn vorige schrijfoefeningen: uit het leven gegrepen of verzonnen.

Follow my blog with Bloglovin



16 januari 2016

Een nieuw verhaal: 5 manieren om ideeën te bedenken

Leeg notitieboek voor verhaalideeën
 
Eigenlijk zou ik niet mogen, maar het is zooo verleidelijk. Opnieuw beginnen. Met een wit blad, nieuwe ideeën, nieuwe verhalen. Het betekent dat ik een paar andere schrijfkindjes harteloos aan de kant moet schuiven. Dat ik niet de moeite doe om alles eruit te halen wat erin zit. Dat ik weer niet afmaak waar ik aan begonnen ben. Maar toch ga ik het doen. Een nieuw jaar, een nieuw verhaal. Om te beginnen heb ik een boeiend nieuw idee nodig.

Stap 1: ideeën bedenken

Ik sleur altijd en overal een notitieboekje mee. Ook in mijn smartphone zit een hele lijst met ideetjes. Want ideeën zitten overal. In een gesprek dat je opvangt. In het nieuws. Of in euh ... een boek. Als dat klinkt als stelen, lees dan vooral verder.

Mensen kijken
Elke dag kom je mensen tegen die een rol zouden kunnen spelen in je verhaal (als je niet de hele dag achter je schrijftafel zit tenminste). Niks is leuker dan bedenken wat die rol zou kunnen zijn.
Wie is de kerel die je vlak voor het rode licht inhaalt, rechts, over de stoep (Haast hij zich naar huis voor de bevalling van zijn, euh, hond?). Wat betekent dat stukje conversatie dat je oppikt in een koffiehuis ("Er zit een kleuter in mijn klas die elke dag 10 druiven mee heeft. Elke dag. En altijd precies tien.") Of wat denkt de boer op het veld in zijn tractor (misschien droomt hij van een leven als gevechtspiloot).

Kranten lezen
Kijk naar het nieuws. Lees krantenkoppen. Welke verhalen vallen daar te rapen?
  • Zaakvoerder Spar na 10 jaar opnieuw slaags met overvallers.
  • Buur kiepert zijn stront over omheining.
  • Dit spelletje is zo verslavend dat mensen smeken om het te mogen spelen. 
  • Wie kan of mag bepalen wie wanneer recht heeft op een kind.
  • Bijna twee derde van Belgen denkt kanker te krijgen.
Een lijstje waar ik spontaan al enkele ideeën bij krijg. Jij ook?

Wat als ...
Wat als ... is niet alleen een hilarisch programma, maar ook een leuke manier om ideeën te bedenken. Wat als een een klein meisje 's nachts niet kan slapen? Misschien duikt er wel een reus op aan haar venster (De GVR - Roald Dahl). Of wat als een jongen achtergelaten wordt in de jungje? Misschien wordt hij opgevoed door een stel wolven (Mowgli - Rudyard Kipling).

Tussen de regels
Lees backcovers van andere boeken? Waarover gaan ze? Hoe zou jij het verhaal afmaken? Of wat zou je veranderen om er jouw verhaal van te maken? En nee, dat heet niet pikken, dat heet ideeën genereren. Herschrijf een backcover verschillende keren en verander er telkens iets aan. Hieronder vind je het resultaat van twee herschrijfrondes van de achterflap van wespennest van Bart Moeyaert.

Voorbeeld oefening achterflap

Gebruik schrijfstarters
Schrijfstarters zijn korte zinnen of verhaalideeën waarmee je aan de slag kan. Ik heb een kleine verzameling op Pinterest waar ik zelf al een verhaal in lees. Maak er gerust gebruik van. Of ga zelf op zoek naar schrijfstarters (writing prompts) die jou raken.

Heb jij nog andere leuke manieren om ideeën te verzamelen? Ik ben benieuwd!

Follow my blog with Bloglovin

13 januari 2016

Tag: vijf boeken die mij het meest zijn bijgebleven


Bij OH MY BOOK en Eline Stiekema zag ik een leuke boekentag. Als je nadenkt over de boeken die je het meest zijn bijgebleven, welke vijf komen dan het eerst bij je op. Die vraag levert een shortlist op van boeken die je om de één of andere reden niet meer vergeet. Benieuwd? Dit zijn de mijne. 

Mathilda - Roald Dahl
Als kind las ik enorm veel boeken. Ik had toen nog alle tijd van de wereld om in een boek te verdwijnen. Ik smulde van de boeken van Roald Dahl en las ze allemaal. Ik hield van Mathilde. Omdat ze ook heel veel las natuurlijk. En omdat ze haar vreselijke ouders en directrice te slim af was.

De wereld van Sofie - Jostein Gaarder
De wereld van Sofie schetst een origineel beeld van de wereld van de eerste Griekse filosofen tot vandaag. Ik las het toen ik een jaar of zeventien was. Al die verschillende manieren om naar de wereld te kijken fascineerden mij. Ik herinner me dat ik mij op het einde van het boek afvroeg of ik wel echt bestond. 
Het is de liefde die we niet begrijpen - Bart Moeyaert

Ik lees Bart Moeyaert heel graag. Duet met valse noten heb ik waarschijnlijk een tiental keer gelezen, maar 'Het is de liefde die we niet begrijpen' vind ik ondertussen nog mooier. Ik hou van het taalgebruik en van de indringende sfeer.

Wuthering Heights - Emily Brontë

Wuthering Heights las ik op de universiteit (Germaanse, weetjewel). Ook hier draait alles om de liefde. Ruwe bolster Heathcliff duikt op een dag op bij het landgoed van Catherine en haar familie. Er groeit een warme vriendschap tussen hen. Toch besluit Catherine te trouwen met de verfijndere Edgar Linton. De wraak van Heathcliff is allesverwoestend. Ook hier hield ik vooral van de donkere sfeer die Emily Brontë weet te scheppen.

De schaduw van de wind - Carlos Ruiz Zafon
Een boek over een boek. En daarom eentje dat sowieso ook nog op dit lijstje moest. Ik merk wel dat ik me het verhaal niet meer zo goed herinner. Nochtans las ik dit boek later dan de vorige vier. Misschien moet het maar op de leeslijst dit jaar.  

Blijkbaar zitten de boeken die ik lang geleden gelezen heb, nog fris in mijn hoofd. Want het zijn die boeken die ik me het best herinner. Boeken die ik recenter heb gelezen, zijn blijkbaar toch wat waziger. Wat zegt dat over mijn hersenen, vraag ik me dan af ... Hoe zit het met jouw geheugen? Welke boeken zijn jou het best bijgebleven? Doe mee met de tag en laat een linkje of een boekenlijstje achter als reactie. Ik ben benieuwd.


Follow my blog with Bloglovin

12 januari 2016

Schrijven over gisteren: Als de duiven vallen

verhaal kindertijd duiven vallen
 
In een nieuwe reeks blogposts geef ik mezelf een beetje meer bloot. Ik ga autobiografisch schrijven en keer terug naar de prille lente van mijn leven. Ik wil de kleine momenten uit mijn kindertijd vastleggen. Om zo naar de wereld te kijken door de ogen van het kind dat ik was.

Als de duiven vallen

Zes was ik. Zo ongeveer. Mijn zusje vier. De tuin van onze grootouders was onze kleine wereld. Een perfecte kleine wereld. Met een volmaakt grasgroen gazon. Peter maaide het. Elektrisch. Meter werkte de kantjes bij. Met een schaar. Het gazon was alleen toegelaten voor kindervoeten als het droog was. Want sporen achterlaten, dat mocht niet.
Onze kleine wereld was symmetrisch ingedeeld. Met betonnen paadjes. Paadjes waarop we alleen mooi in het midden mochten lopen. Paadjes die leidden naar een moestuin waar elk groentebed met zorg werd gespreid.
Achteraan, aan de straatkant, stonden twee sparren. Al jaren. Zoveel jaren dat ze dik genoeg waren om achter te verdwijnen. Soms verdwenen we in verzonnen verhalen over de bijna onzichtbare mensen in de huizen. Andere keren verdwenen we in het universum van de mieren en de pieren in het gras.
Als het plekje achter de bomen begon te vervelen, praatten we tegen het hondje achter de haag. Of we zongen liedjes onder de wasdraad. Gewoon omdat het er zo lekker rook. Naar meter. Als ik nu zelf was buiten hang, ruik ik vaak dat ze even naast mij staat. Even maar.
Ons lied was uit als het tijd was voor de duiven. Die moesten vallen. Toen ik vijf was, dacht ik dat de duiven die de avond voordien in hun mand op reis waren vertrokken, gewoon uit de lucht zouden komen vallen. Met een doffe plof. Moe van de reis.
Toen ik zes was wist ik beter. Die domme duiven kwamen niet zomaar plots naar beneden vallen. Nee, ze cirkelden eerst een eeuwigheid boven de tuin. Om dan heel voorzichtig op het dak van de garage of het duivenkot te landen. Klaar om bij de minste beweging weer op te vliegen.
Wanneer peter geconcentreerd naar de lucht begon te kijken, probeerden we ons zo onzichtbaar mogelijk te maken. Misschien dat hij dan niet ...
"Anneleen! Katrien! Naar binnen!"
Het lukte nooit. Met tegenzin liepen we over het rechte pad. Naar binnen. Achter het glas van de veranda keken we naar een nerveuze man in een blauwe kiel. In zijn handen een kroes met zaad.
"Kom! Kom! Kom!" schudde hij. Opnieuw en opnieuw. Zijn hoofd in zijn nek. De 'constateur' klaar op de vensterbank. Alleen als we teveel lawaai maakten, keek hij naar beneden. Dan kregen we een vuile blik.
"Kom! Kom! Kom!" klonk het dan nog luider. Minutenlang. Zenuwachtig ijsbeerde hij op en neer. Tot de eerste duiven op het dak landden. Dan stond hij doodstil. Wij hielden onze adem bijna in. Bang om te bewegen. Tot de eerste duif - eindelijk - binnen was. Snel-snel klokte hij de ring. En de wereld draaide weer verder.
Ik haat duiven. Nu nog.

Follow my blog with Bloglovin





10 januari 2016

Gezegd over schrijven: J.K. Rowling


Ok, ik beken. Ik ben zo iemand die er eeuwen over doet om een eigen mening te vormen. Ik laat mij makkelijk overtuigen door de opinie van anderen. Of ik vind alle mogelijke argumenten aannemelijk. Ik zal het positiever formuleren: ik kan me makkelijk inleven in alles en iedereen. Een enorm voordeel voor een schrijver. Toch?
Het is nochtans handig om een uitgesproken mening te hebben als je schrijft. Om zo met volle overtuiging in een verhaal te duiken. Veel vaker ontdek ik pas achteraf patronen of thema's in de teksten die ik schrijf. Als ik ze teruglees. Schrijven is dus een mooie manier om mijn gedachten vorm te geven. Het helpt mij ontdekken wie ik ben en wat ik wil. Tussen de regels lees ik altijd een verrassing. Meteen ook de reden waarom ik móet schrijven.
Dat schoot door mijn hoofd toen ik de tweet van Jon Winokur hieronder las. Wie Winokur volgt krijgt elke dag mooie quotes over schrijven cadeau.

Ook gezegd over schrijven: Thomas Mann

Follow my blog with Bloglovin


7 januari 2016

De drie beste leesplekjes (in huis)

favoriete leesplekjes in huis
  
Er zijn van die plekjes in huis die roepen om een boek. Van die plekjes waar altijd een boek ligt. Favoriete leesplekjes.

Het is niet makkelijk om één favoriete plek te noemen. Maar de plek waar ik de meeste bladzijden gelezen krijg, is mijn bed. Op de één of andere manier moet ik altijd lezen voor ik in slaap val. Even weg van de wereld voor ik mijn ogen dicht doe. Lezen in bed is niet altijd even gemakkelijk trouwens. Maar oefening baart kunst. Wist je trouwens dat er een bedbril bestaat met gekantelde lenzen? Daarmee kun je achterover liggen én je boek normaal voor je houden tegelijk. Met Kerstmis kreeg ik een book seat. Dat werkt ook.

Verder lees ik ook graag in de zetel. Dat ligt een beetje voor de hand. Als het pijpestelen regent en de wind de tuinstoelen over het terras laat dansen (zoals vanavond), kruip ik met mijn boek onder een dekentje. Liefst met een grote kop thee die minstens 20 bladzijden meegaat. Op zo'n avond heeft een mens geen tv nodig.

Een ander toppertje is het bad. Alleen gebeurt het heel weinig dat ik de tijd heb om op mijn gemakje in bad te kruipen met een boek. Kinderen, weetjewel. En de vraag: Mamaaaa, mag ik mee in bad? Natte boeken, daar bestaan oplossingen voor. Een waterdichte e-reader bijvoorbeeld (lang leve de Kobo Aura H2O) of zelfs waterdichte boeken. Lastiger is het water. Dat wordt altijd veel te snel koud ...

Voila, dit waren mijn drie favoriete leesplekjes in huis. Binnenkort mag je een vervolg verwachten over mijn favoriete leesplekjes buitenshuis. Want lezen kan je overal. Ondertussen hoor ik graag waar jij graag leest.  


Follow my blog with Bloglovin

  


4 januari 2016

Schrijf het met een tweet: Scherp


Twitter is een wereld vol korte berichtjes waar hele verhalen achter zitten. Daar zit een schrijfoefening in, dacht ik zo. Dus af en toe pluk ik een tweet uit de feed en verzin ik er een eigen verhaal bij.

Omdat ik graag schrijf voor kinderen, is mijn hoofdpersonage deze keer een kind. Een kind alleen in bed. In het donker.
Scherp

Het begint als mama het licht uitdoet. Ik wacht. Tot het stil is. Maar het wordt nooit stil. Niet echt. In de kamers van ons huis rust de nacht nooit. De voetstappen van mama kraken op de trap. Ik ben alleen. Ver weg giert de hoest van papa door de gang. Het water van de wasmachine brult.
In het donker klinkt mijn adem luider en luider. Zo kan iedereen horen waar ik ben. En dat mag niet. Dat mag echt niet. Want dan komt de Penoori. De Penoori is een beetje kleiner dan ik. En dunner. Maar zo gemeen!
Als mijn ogen open blijven, houdt hij zich stil. Alleen zijn ogen blinken af en toe. Daar. In de hoek. Wanneer mijn ogen dichtvallen gromt de Penoori. Zacht en vals. Soms voel ik zijn adem in mijn gezicht. Het ruikt naar natte was. Afschuwelijk. Als ik mijn ogen snel opendoe, is hij alweer weg. Altijd te snel. Af en toe voel ik hem nog over mijn wang glijden. Zachtjes.
Eén keer fluisterde hij in mijn oor. Ook zachtjes. Hij fluisterde: "Janne, als jij niet beter luistert, kom ik aan je oren knabbelen." Soms luister ik niet. Ik kan er niet aan doen. Dan werken mijn oren niet mee. Ook al zegt mama of juf Nele tien keer hetzelfde. Ik doe het niet met opzet.
Daarom neem ik een mes mee naar bed. Een scherp mes van mama. Ze weet het niet. Het mag niet. Maar het moet. Want de Penoori is er altijd. Hij wacht op zijn kans. Elke nacht. Ik hou mij zo stil als ik kan. Mijn ogen mogen niet dicht vallen. Niet dicht vallen. Niet dicht ...
Hoor ik iets? Of toch niet? Jawel, hij is daar. Ik ga snel rechtop zitten. Ik hou het mes recht voor mij. In mijn twee handen. Ik knijp mijn vingers en mijn ogen hard dicht. Voetstappen. Hij komt.
"Ga weg!" gil ik. Het licht gaat aan. Ik zie het door mijn ogen.
"Janne! Wat doe jij met dat mes?" roept mama. En ze heeft het al vast. "Dat is scherp," zegt ze.
Scherpe messen zijn scherp, denk ik stilletjes. Scherper dan de tanden van de Penoori. De tanden die 's nachts aan mijn oren knabbelen. Als ik het mes niet heb. "Maar mama, zonder mes komt de Penoori mij pakken," snik ik.
"Liefje, de Penoori bestaat toch niet?" zegt mama.
"Jawel," piep ik, "daar. In de hoek."
"Liefje, dat is je badjas. Doe nu snel je ogen dicht. Het is al laat. Slaap maar lekker."
Ze gaat weg. Het mes gaat mee. Ik ben alleen. Alleen met de Penoori. Zonder mes. Ik hou mijn adem in en mijn ogen open. In mijn hoofd tel ik. Eén, twee, drie, vier ...


Meer lezen? Klik snel door naar het vorige twitterverhaal.


Follow my blog with Bloglovin


3 januari 2016

Schrijven is lezen: Herinneringen van een denkbeeldig vriendje



Omdat er een verhaal in mijn hoofd zit over een klein meisje met een denkbeeldig vriendje, moest ik deze kopen toen ik hem tegenkwam. Matthew Dicks is leerkracht in een lagere school. Waarschijnlijk zit er af en toe een denkbeeldig vriendje in zijn klas. Naast leerkracht is hij ook blogger, dj op trouwfeesten, life coach ... En oh ja, schrijver natuurlijk.
Het verhaal wordt verteld door Budo. Het denkbeeldige vriendje van Max, een autistische jongen. Denkbeeldige vriendjes zien eruit zoals kinderen ze verzinnen. Sommigen missen daarom wenkbrauwen, of oren, of ze zien er eerder uit als een vlek. Budo ziet eruit als een echt jongetje dankzij de levendige verbeelding van Max. Alleen Max en andere denkbeeldige vriendjes kunnen hem zien.
Omdat Max het vaak moeilijk heeft, treedt Budo op als zijn beschermer. Hij helpt Max in vervelende situaties thuis of op school. Tot Max op een dag verdwijnt en Budo hem nergens meer kan vinden. Hij gaat tot het uiterste om Max toch te redden.
De grootste angst van Budo is verdwijnen. Hij heeft al heel wat denkbeeldige vriendjes zien vervagen. Dat gebeurt wanneer hun kind er niet meer in gelooft. Budo zet die angst opzij om alles te doen wat hij kan voor Max.
"Herinneringen van een denkbeeldig vriendje" is een verhaal over verbeelding, vriendschap en angsten overwinnen. Het is spannend, aandoenlijk en heeft een origineel vertelstandpunt. Zelf had ik het soms moeilijk om in de wereld die wordt geschapen te geloven. Het personage van Max bleef een beetje plat en de gebeurtenissen zijn soms zo ingewikkeld dat het ongeloofwaardig wordt. Wél mooi is de taal. Die blijft eenvoudig en kinderlijk en past daarom helemaal in het verhaal.
Leuk detail: Dicks kwam er zelf pas op 11-jarige leeftijd achter dat zijn maatje Johnson Johnson denkbeeldig was. Het zette heel wat van zijn jeugdherinneringen op zijn kop. Zelf herinner ik me geen denkbeeldige vriendjes. En ook bij de meisjes zijn er bij mijn weten geen op bezoek geweest.


Follow my blog with Bloglovin

1 januari 2016

Niks zo schoon als een handgeschreven nieuwjaarsbrief

Voor het eerst hebben ze hem allebei met de hand geschreven. Ja, zo groot zijn mijn meisjes al. Versjes uit het hoofd leren moet niet meer. Wat ze zelf geschreven hebben - soms nog met hulplijntjes - lezen ze ook gewoon zelf. Een nieuw jaar. Een nieuw tijdperk. Slik.

nieuwjaarsbrief meisjes

Omdat er zoveel liefde in elke letter zit, schrijf ik mijn meisjes dit jaar een nieuwjaarsbrief terug. Met de hand. Dat spreekt voor zich.

nieuwjaarsbrief mama

Ook zin gekregen in brieven schrijven? Daarover had ik het ook al eens.


Follow my blog with Bloglovin
Related Posts Plugin for WordPress, Blogger...